
Ons lichaam wordt vatbaar voor ziekte als het energieniveau
verzwakt door het voedsel wat we eten.
Detox Theorie
Ziek zijn
Wanneer door een slechte spijsvertering de bloedsamenstelling vettig wordt en verzuurt, neemt de weerstand van het lichaam af. We worden vatbaar voor verkoudheid, griep en ontstekingen en er kunnen zich ziekteverschijnselen voordoen als allergieen, astma en bronchitis.
Het lichaam corrigeert dat in eerste instantie door overschotten uit te stoten: transpiratie, slijm, huiduitslag. Ook op het geestelijk vlak proberen we ons van afvalstoffen te ontdoen door emoties als huilen, boos worden en slecht humeur.
Al deze ‘ontladingen’ zijn correcties die ons lichaam uitvoert om gezond te blijven. Als we gezond of betrekkelijk gezond zijn, vinden deze processen voortdurend vanzelf plaats.
Raakt het lichaam echter verzadigd met afvalstoffen, zodat de energie niet meer vrij door kan stromen, dan zijn er vaak klachten als chronische moeheid, gebrek aan energie, hoofdpijn, kiespijn, stijve nek of schouders, stramheid, angst en depressiviteit.
Wat is ziekte, hoe ontstaat ziekte
Ons lichaam wordt vatbaar voor ziekte als het energieniveau verzwakt door het voedsel wat we eten.
Dat werkt als volgt:
Als we eten wordt dat via de stofwisseling afgebroken en laat afvalstoffen achter. Die voedselresten zijn zuur of basisch, afhankelijk van het voedsel.
Als dat basisch is kan dat snel en met weinig energie door het lichaam worden uitgescheiden. Zijn de afvalstoffen zuur, dan zijn ze door het bloed- en lymfestelsel moeilijk te verwijderen en worden als vaste stoffen in de organen en weefsels opgeslagen.
Het zijn kristalvormen met een lage trilling, die blokkades en verstoringen teweegbrengen. Hoe meer er van die zure bijproducten worden opgeslagen, des te zuurder dat de weefsels als geheel vormen, en raad eens wat het gevolg is… dan komen de bacterieen op het toneel en zeggen; “O, dat weefsel is aan ontbinden toe”..
Als we gelijkenissen vertonen met een zuur en doods milieu, is de aanval van de bacterieen te verwachten. Dat noemen we nu ziekte, maar het is een opruimingsactiviteit.
Dag in dag uit voeden we het lichaam met voedsel via het spijsverteringskanaal, met zuurstof via de longen en zonlicht via de huid. Wat we vaak niet realiseren is dat we via deze organen óók gifstoffen binnenkrijgen waardoor lichaamsvochten – bloed, lymfe en kliersappen- verontreinigd raken.
Bloed- en lichaamsvochtreiniging werkt aan de genezing van de hele mens. De laatste tientallen jaren is door een verhoogde aanvoer van toxines uit voeding, genotmiddelen, medicijnen, cosmetica, schoonmaakmiddelen en luchtvervuiling het gifgehalte in het lichaam schrikbarend toegenomen. Het betreft vaak chemicaliën die niet in het lichaam van onze grootouders voorkwamen.
Een klacht of ziekte is een manier om het lichaam van toxines te ontdoen
Naast deze vergiftiging van buitenaf is minstens zo belangrijk de interne vergiftiging als gevolg van overmatig en verkeerd eten en drinken en voedselontbinding in de darm.
Ontstekingshaarden, vaak het resultaat van vervuilde lichaamsvochten, kunnen ook toxische stoffen produceren.
Als gevolg van bovengenoemde ontwikkeling zien we steeds vaker dat de reinigings- (ontgiftigings-) organen zoals lever en lymfe en de uitscheidingsorganen zoals darmen, longen, huid en nieren overbelast raken.
Dit geeft een onvoldoende verwijdering van gifstoffen waardoor deze zich vastzetten in het lichaam. De ernst van klachten nemen toe met de hoeveelheid toxines en de duur waarmee het lichaam eraan is blootgesteld.
Een klacht of ziekte is een manier om het lichaam van toxines te ontdoen. Het lichaam geeft er ook een noodsignaal mee af, namelijk dat er sprake van vervuiling en behoefte aan bloed- en lichaamsvochtreiniging.
Het reinigen van bloed- en lichaamsvochten is zo oud als de natuurgeneeskunde zelf
De grondgedachte van de reiniging van lichaamsvochten speelde in de prehistorie al een rol, maar het was de geneesheer Hippocrates die de humoraalpathologie (humoren = lichaamsvochten, pathologie = ziekteleer), ontwikkelde en op schrift stelde.
Dit concept is een van de belangrijkste filosofieën binnen de natuurgeneeskunde gebleven. Het gaat ervan uit dat de gezondheid van de mens in de eerste plaats afhankelijk is van de gesteldheid van de lichaamsvochten.
Een goede samenstelling en zuiverheid van de vochten garanderen een goede gezondheid. Veel geneesheren en wetenschappers grepen terug naar de humoraalpathologie en werkte deze verder uit.
Een van hen is de Duitse arts Dr. Reckeweg die de zgn. homotoxicoseleer (leer van de zelfvergiftiging) ontwikkelde. Deze leer ziet ziekelijke processen in het lichaam als een uiting van een strijd van de afweersystemen tegen de vergiftigde stoffen en slakken (afvalstoffen van de stofwisseling). In zijn visie zijn uitscheidings- en ontstekingsaandoeningen nuttige processen die toxines onschadelijk maken en uitscheiden.
Ziekte is een poging van de natuur (het lichaam) om schadelijke stoffen uit te bannen
Dr. Reckeweg maakte in zijn homotoxicoseleer een onderscheid in zes zelfvergiftigingsfasen, oplopend van licht verontreinigd tot zwaar vervuild. Bij de eerste drie fasen, de humorale ziektefasen, zijn het bloed en de lichaamsvochten verontreinigd.
Bij de laatste drie fasen zijn de gifstoffen vanuit het bloed en de lichaamsvochten de cellen binnengedrongen, dit zijn de cellulaire ziektefasen. Iedere fase vraagt om een andere therapeutische ondersteuning.
Naarmate de gifaanvoer langer aanhoudt kan de zelfreiniging van het lichaam via lever, lymfe, longen, spijsverteringskanaal, huid en nieren ontoereikend worden. Dit leidt tot vergiftigingen van de lichaamsvochten en op een gegeven moment van de cellen en daarmee tot klachten.
De klachten zijn een poging van het lichaam (de natuur) om de gifstoffen om te zetten en zich ervan te ontdoen. Naarmate dit mechanisme langer aanhoudt worden de klachten ernstiger en moeilijker ‘terug te draaien’.
Fase 1. De excretie- of uitscheidingsfase
De excretiefase is een inwendig reinigingsproces. Het opent de ‘sluizen’ van het lichaam door de reinigings- en uitscheidingsorganen en veiligheidskleppen op volle toeren te laten functioneren.
Dit uit zich in verkoudheidsaandoeningen, niezen, zweten, slijmafscheiding uit neus, mond en keel, overmatig en dik traanvocht, braken, vaginale afscheiding, heftige en klonterige menstruatie, stinkende adem, onfrisse lichaamsgeur, puistjes, oorsmeer, overmatige huidtalg-productie, diarree, stinkende ontlasting, donkere en stinkende urine enz.
Op deze manier worden gifstoffen en de hierop goed gedijende virussen en bacteriën uit het lichaam gespoeld. De afvoer van (emotioneel) gif kan zich ook uiten in lichtgeraaktheid en irritatie.’s Nachts vindt de meeste reiniging plaats. Wanneer men ’s ochtends moe opstaat, duidt dit vaak op een verontreiniging.
De uitscheidingsfase kan zich ook uiten in gebrek aan eetlust, waardoor het lichaam probeert te voorkomen wordt dat er nog meer gifvorming door vertering en stofwisseling ontstaan. Mits op de juiste manier therapeutisch ondersteund bewerkt deze inwendige reiniging dat de zieke zich na zijn ziekte lichamelijk beter voelt dan daarvoor.
Hoe sneller en grondiger het lichaam de gifstoffen uitscheidt hoe sneller een ziekte overwonnen wordt.
Fase 2. De reactie- of ontstekingsfase
Wanneer de uitscheidingsreacties er niet in slagen om de afvalstoffen te verwijderen, probeert het lichaam ze te verwijderen met lokale ontstekingen zoals neuritis, artritis, hepatitis, bronchitis, colitis en nefritis (’-itis’ = ontsteking).
Bacteriële en virale ontstekingen ontstaan bij voorkeur op zwakke plekken van het lichaam waar de meeste afvalstoffen liggen opgeslagen (de bacterie of virus is dus niet de oorzaak maar de aanleiding voor een ontsteking).
De slakken en gifstoffen worden hierdoor onschadelijk gemaakt en naar buiten afgevoerd. Dit uit zich in de vorm van etter, slijm, afscheidingen, abcessen, bindweefselontstekingen, angina, huiduitslag of eczeem.
Wanneer er zich teveel afvalstoffen in het lichaam bevinden breekt er een acute ziekte uit, bijvoorbeeld in de vorm van griep. Voorafgaande hieraan worden in de weefsel opgeslagen afvalstoffen in het bloed gebracht.
Verkoudheden en griep zijn niet alleen aan plotselinge afkoeling of bacteriële/virale besmetting te wijten, maar óók aan de slechte toestand waarin zich de weefsels en lichaamsvochten bevinden .
Dit veroorzaakt de bekende voorverschijnselen zoals moeheid, hoofdpijn, spierpijn en sufheid. Het immuunsysteem reageert vervolgens door er grote hoeveelheden witte bloedlichaampjes heen te sturen, de bloedvaten te verwijden en antistoffen aan te maken.
De hiermee gepaardgaande temperatuurverhoging of koorts, heeft tot doel de verbranding in de cel te verhogen waardoor afvalstoffen sneller worden omgezet.
Koorts is dus een uiting van grote vitale kracht die niet onderdrukt maar ondersteund dient te worden. Verkoudheden en griep zijn niet alleen aan plotselinge afkoeling of bacteriële/virale besmetting te wijten, maar óók aan de slechte toestand waarin zich de weefsels en lichaamsvochten bevinden.
Om die reden is onderdrukking van deze ziekten uitsluitend met bacterievijandige middelen niet bevorderlijk voor de gezondheid. Het innerlijke reinigingsproces, de genezing brengende ziekte, wordt hiermee namelijk onderdrukt waardoor men de neerslagfase, het verslakkingsproces uitlokt.
Op het psychisch vlak uit de reactiefase zich in woedeaanvallen, huilbuien en conflicten opzoeken met de omgeving.
Fase 3. De neerslag- of verslakkingsfase
Wanneer het lichaam niet meer in staat is zijn toxische stoffen uit te scheiden zet het ze ‘op dood spoor’. Dit opslaan gebeurt aanvankelijk in de minder belangrijke vet- en bindweefsels en in de onderhuidse celweefsels.
De afvalstoffen nestelen zich in de ruimten tussen de cellen, het intercellulaire weefsel dat belangrijk is voor het transport van voedingsstoffen en zuurstof van het bloed naar de cellen en van verbrandingsresten van de cellen terug naar het bloed.
Het bindweefsel heeft als opslagweefsel een belangrijke filterfunctie. Alle stoffen die vanuit het bloed naar de orgaancellen gaan passeren eerst het bindweefsel.
De functies van deze weefsels kunnen op een geven moment sterk belemmerd worden. Indien dit proces van verslakking niet wordt teruggedrongen of tot staan wordt gebracht zullen ook andere weefsels verslakken, zoals de (slag)aderwanden, gewrichten, wervels, de hartspier, de zenuwen en de zintuigen.
Tenslotte worden er afvalstoffen opgeslagen in het intercellulaire weefsel van organen met een aangeboren of verworden zwakte.
Wanneer deze afzetting niet zou plaats vinden kunnen organen overbelast raken.
Uitingen van de neerslagfase zijn neus- , strottenhoofd- en keelpoliepen, maagdarmzweren, endeldarmpoliepen, beginnend astma, levervlekken en andere huidverontreinigingen, steenvorming in de nieren, gal en galblaas, oedemen, jichtknobbels, plaatselijke verhardingen in het spierweefsel, reumaverschijnselen van de weke delen, ruimte in de gewrichten, chronische gewrichtsontsteking, aderverkalking, chronische klierzwellingen, hoge bloedruk door slechte nierwerking, baarmoederpoliepen, endometriosis, pijnlijke menstruaties, vergrootte keelamandelen, vergroeiingen van de wervelkolom, goedaardige tumoren (lipomen, myomen, poliepen), goedaardige prostaatvergroting, vetkussens, grauwe staar enz.
Op emotioneel niveau uit deze fase zich in het niet meer durven reageren op indrukken, het oppotten van gevoelens, een gevoel van onbevredigdheid.
Aangezien we aanvankelijk van het verslakkingsproces in ons lichaam niet veel merken wordt dit ziektestadium ook wel de pseudostille fase genoemd.
Als het lichaam in dit stadium een uitscheidingsziekte oploopt heeft het geluk: de al lang in het lichaam opgeslagen gifstoffen worden dan voor een deel verwijderd.
Fase 4. De impregnatie- of verzadigingsfase
Als de zich opgehoopte giftige stoffen niet meer kunnen worden uitgescheiden of opgeslagen slaan ze terug op verzwakte organen. Ze dringen de celwand binnen en beschadigen de celstructuur. Als gevolg daarvan worden organen beschadigd.
Zo ontstaan maagdarm-zweren, maagontstekingen( gastritis), colitis, leverbeschadigingen, astmatische bronchitis, gezwollen lymfeklieren, kalkverarming in het beendergestel (osteomalacie), chronische slijmvliesontstekingen, astma, maagdarm zweren, zenuwontstekingen, vormen van migraine, geheugenzwakte, epilepsie, beginnende multiple sclerose, gevorderde atherosclerose, hartspierzwakte (myocardiopathie), gebreken aan de hartkleppen, vormen van bloedarmoede, leverfunctiestoornissen, galziekte (cholecystopathie) schildklierstoringen, chronische ontstekingen van de eierstokken, vergroeiing van de rugwervels (spondylopathie), reumatoïde artritis enzovoort.
Op het psychische niveau raakt men het contact met de oorspronkelijke behoeften verloren, wordt men depressief of juist geleefd door de emoties.
Genezing van aandoeningen in deze fase kost meer tijd en gaat gepaard met reacties zoals die in fase I en2 zijn beschreven. Deze reacties moeten de ruimte krijgen.
Voor het terugdringen van deze aandoeningen, waarvan de klinische benaming voor het merendeel op de uitgang –pathie eindigen, is ontgiftiging noodzakelijk. Dit terugdringen is echter nog moeilijker te realiseren dan in het humorale ziektestadium.
Fase 5. De degeneratiefase
In deze fase zijn de cellen gezwicht voor de druk van de voortdurende stroom van binnengedrongen gifstoffen. De schade van de afvalstoffen grijpt dermate diep in de orgaanstructuur, dat ze onherstelbaar is geworden.
Omdat veel gifstoffen de lever passeren is dit orgaan in het bijzonder zeer kwetsbaar voor degeneratie.
Aandoeningen die samenhangen met deze fase van vervuiling zijn levercirrose, verschrompelde nieren, open been, multiple sclerose, ziekte van Parkinson, verlammingen van organen, epilepsie, doofheid, blindheid, coördinatiestoornissen, verlaagde schildklierwerking, beroerte, volledige apathie, een onvermogen om gevoelsmatig te reageren en vereenzelviging met deze staat van zijn.
Therapie is vooral gericht op het stop zetten van het degeneratieve proces.
Fase 6. De ontwrichtings of neoplasma-fase
Hier beschadigen afvalstoffen de celkern met haar chromosomen. De celdeling wordt verstoord en er kan woekering van cellen ontstaan. In deze fase kunnen kankerbevorderende gifstoffen, de zgn. carcinotoxines, zwakke plekken in het weefsel aangrijpen en kanker veroorzaken.
Alles wijst er echter op dat deze carcinotoxines slechts daar hun verwoestende werking kunnen uitoefenen waar reeds lange tijd een onophoudelijke of bijzonder ernstige vergiftiging heeft plaatsgevonden. Er vinden in deze fase meestal geen uitscheidingsreacties plaats omdat de afvalstoffen zich in het gezwel hebben geconcentreerd.
Op psychisch niveau kan deze fase zich uiten in het gevoel jezelf kwijt te zijn en dit te wijten aan iets buiten jezelf, gevoelens van diepe haat, neiging tot zelfdestructie. Angsten die zich kunnen uiten in fobieën, wanen of paranoïde gedrag.
Regenereren:
De behandeling van vervuiling grijpt in op de opname en uitscheiding van gifstoffen De behandeling van bloed en lichaamsvochten is gericht op het met behulp van natuurlijke maatregelen reinigen en gezond maken van de lichaamsvochten.
Hierdoor komt een regeneratie van het gehele organisme tot stand en, waar dat maar even mogelijk is, de genezing van lichamelijke en psychische ziekten en klachten.
Gesteund door de geschiedenis, ervaring en bevestigd door hedendaags wetenschappelijk onderzoeken zijn er allerlei interventies mogelijk die de kwaliteit van het bloed en de lichaamsvochten positief beïnvloeden. Hiervoor is het van belang om de opname van gifstoffen en de productie ervan in het lichaam te beperken.
Drie onderdelen zijn dan van belang.
Ten eerste: over te stappen op een voeding die zo min mogelijk toxische stoffen bevat: biologisch (-dynamische) voeding.
Ten tweede: voedingsmiddelen te gebruiken die gezond zijn voor de darmflora en
ten derde: om de uitscheidings- en reinigingsorganen te stimuleren en te ondersteunen.
Dit laatste kan met behulp van geneeskrachtige- en reinigende kruiden, planten en voedingsmiddelen, orthomoleculaire voedingspreparaten, ontgiftingskuren, massages, meditatie, yoga, ademhalingsoefeningen en het leren omgaan met emotioneel gif.
Klik de Button hieronder om verder te leren…